Skip to main content

Chinchilla

De dekkleur wordt gevormd door lichtgrijze haren met zwarte punten van ongelijke lengte.

Al naar een regel- of onregelmatige verdeling van deze zwarte haartoppen, krijgen wij een regel- of onregelmatige ticking. Hoe onregelmatiger, hoe golvender deze ticking (rupstekening), hoe beter. De zilvergrijze kleur met zwarte, golvende ticking strekt zich uit over kop, oren, dek, borst, zijden, voorbenen en de binnenzijde van de achterbenen zijn aanmerkelijk lichter. De staart is aan de bovenzijde donker en zwart getickt, de buikkleur en de onderzijde van de staart zijn wit. De oren hebben een diepzwarte omzoming. De kleur van de pels van de Chinchilla moeten wij rangschikken onder de wildkleuringen, zij mist echter de factor voor geel. De nagels zijn donkerhoornkleurig. De oogkleur is donkerbruin. Bij het inblazen in de pels ziet men een rozet gevormd door de donkerblauwe grondkleur, waarop de tussenkleur volgt, bestaande uit een parelwitte ring, ongeveer ter breedte van plm. 3/4 cm, omgeven door een smalle zwarte kleurring. Daarop volgt de dekkleur, zoals omschreven. De kleuren zijn scherp begrensd. De blauwe grondkleur moet breder zijn dan de parelwitte ring. Bij inblazen van de buikkleur zien wij een blauwe grondkleur.